Vliegen is een relatief veilige manier om te reizen, maar uiteraard niet helemaal vrij van risico’s. De oorzaken van vliegtuigongevallen liggen veelal bij foutief menselijk handelen, maar bij veel ongelukken speelt ook het weer een grote rol.
Wind
Wind is een belangrijke factor in de luchtvaart. Denk alleen al aan het landen en opstijgen op een vliegveld. Een ander voorbeeld is zware turbulentie die wordt veroorzaakt door verschillende windsnelheden. Tijdens het landen en opstijgen hebben vliegtuigen regelmatig last van zware windstoten, crosswind en windschering. Als er stevige windstoten voorkomen haaks op de landingsbaan heeft de piloot alle moeite om het vliegtuig stabiel te houden. Soms kiezen ze er dan zelfs voor om weer op te stijgen en het nog een keer te proberen. Windschering kan ook gevaarlijk zijn voor de luchtvaart. Bij windschering is er sprake verschil in windsnelheid en richting op verschillende hoogtes. Voor een piloot kan dit tijdens de landing zeer verraderlijk zijn. Het vliegtuigongeluk van de DC-10 van Martinair in Faro op 21 december 1992, was het gevolg van windschering.
Faro, 21 december 1992
Downbursts
Over het algemeen komen bij zware buien ook zware windstoten voor, maar daarbij kunnen downbursts of microbursts voorkomen. Een downburst is een koude bel lucht die met hoge snelheid uit een bui valt. Een vliegtuig kan daardoor ineens verrast worden en dit was ook het geval op 2 augustus 1985. Een vliegtuig van Delta Airlines crashte op het Dallas International Airport.
Dallas international Airport, 2 augustus 1985.
Zicht, ijsafzetting, hagel en onweer Vaak genoeg worden vluchten geannuleerd vanwege slecht zicht. Dit kan voor veel overlast zorgen, met name op vliegvelden. Vooral mist en sneeuw zijn hiervan de grote boosdoeners. In de lucht speelt een ander gevaar een grote rol: icing oftewel ijsafzetting op de vleugels. In korte tijd kunnen onderkoelde waterdruppeltjes vastvriezen op het toestel, wat het toestel zwaar en moeilijk bestuurbaar maakt.
Icing maakt het vliegtuig zwaarder en moeilijk bestuurbaar.
Tot slot zorgen ook onweer en hagel voor gevaarlijk vliegweer. Hagel kan behoorlijk wat schade achterlaten op een vliegtuig. De meest gevaarlijke wolk is dan ook de buienwolk: de cumulonimbus. Hierbij is zowel kans op turbulentie, downbursts, icing, hagel en onweer. Het liefst vliegen piloten hier dan ook met een grote boog omheen.
Hagelschade aan een airbus.
Cumulonimbus wolken zijn de grootste angst van piloten.
Gezien de gevaren van het weer voor de luchtvaart is een specifieke luchtvaartverwachting van belang. Op bijvoorbeeld Schiphol worden piloten voorzien van weersverwachtingen op de route. Deze verwachtingen worden gemaakt door luchtvaartmeteorologen. Overigens is het aantal vliegtuigongelukken in de afgelopen decennia afgenomen. Vliegen wordt dus een steeds veiliger manier van reizen. Kijk voor een uitgebreide uitleg onderstaande video en dan vertelt weerman William Huizinga je ook of wij in Nederland nog te maken krijgen met gevaarlijk weer:
