Dat er nu al sprake is van een SSW en een gebroken poolwervel, is wel bijzonders. Maar zie we dat nu al in de kaarten? En wat precies houdt het in?
Op 10 tot 30 km hoogte
De atmosfeer bestaat uit 4 lagen, namelijk de troposfeer, de stratosfeer, de mesosfeer en de thermosfeer. Het weer vindt voornamelijk plaatst in de troposfeer. In de stratosfeer ligt de ozonlaag, die ons beschermt tegen ultraviolet zonlicht. De stratosfeer bevindt zich op ongeveer 10 tot 50 km boven het aardoppervlak. Daarboven (tot ongeveer 85 km hoogte) ligt de mesosfeer. Daar komen de vallende sterren en de lichtende nachtwolken voor. Het noorderlicht komt voor in de thermosfeer. Dat strekt van de mesosfeer tot ongeveer 600 km hoogte.
Opbouw van de atmosfeer
Hoewel het weer voornamelijk in de troposfeer plaatsvindt, zijn er hoger op enkele fenomenen die een grote rol spelen in het weer dichterbij het aardoppervlak. Één hiervan is de poolwervel. Vanaf de bovenzijde van de troposfeer tot op ongeveer 30 km hoogte (in de stratosfeer) bevindt zich de poolwervel.
De poolwervel
Boven de polen op hogere hoogte (in de stratosfeer) ligt bijna altijd een groot lagedrukgebied met daaromheen een heel harde westelijke wind, genaamd de poolwervel. Ook op lagere hoogtes in de troposfeer waait een westelijke wind. De harde winden zorgen ervoor dat koude, zware Arctische lucht op de noordpool blijft. Tijdens de winter is het verschil in luchtdruk tussen de polen en de omliggende delen groter, waardoor de poolwervel nog krachtiger is.
De karakteristieke vorm van de poolwervel. Paars duidt het lagedrukgebied aan en bruin de hogedrukgebieden er rondom. (Bron: Wikipedia)
Plotselinge stratosferische opwarming
Soms komt het voor dat de poolwervel breekt. Als de poolwervel breekt, is er sprake van een plotselinge stratosferische opwarming, oftewel de SSW (kort voor "Sudden Stratospheric Warming"). Dat gebeurt zo'n twee tot drie keer per jaar.
Tijdens een plotselinge stratosferische opwarming (SSW) stijgt de temperatuur in de stratosfeer boven de noordpool enorm hard in korte tijd. Het opwarmen gaat gepaard met een afzwakking van de poolwervel. Vaak verandert ook de windrichting van westelijk naar oostelijk.
Door een plotselinge stijging in de temperatuur op grote hoogte boven de polen, vormt een hogedrukgebied dat het lagedrukgebied verplaatst. Door het afzwakken van de westelijke wind kan de kou makkelijker naar gematigde breedtegraden uitlekken. Dat heeft vooral tijdens de winter vaak enorme gevolgen voor het weer in onder andere Europa.
Afgelopen winter kwam het voor dat de poolwervel brak. Toen kreeg zelfs het zuiden van de VS te maken met extreme kou.
De huidige situatie
Momenteel lijkt de wind rond de noordpool in de tweede helft van oktober af te zwakken. Ook is het iets warmer dan normaal boven Scandinavië. Dat lijkt de komende dagen toe te nemen. Deze warmte verspreid zich dan ook verder over de poolcirkel, waardoor de poolwervel het moeilijk heeft. Het kan betekenen dat we richting eind oktober te maken krijgen met wat kouder weer, maar het kan ook zijn dat de poolwervel richting de VS uitloopt en dat het juist daar dan weer kouder wordt.
Op lange termijn lijkt het toch wel wat kouder te worden hier in Nederland. Dat is te zien op de pluim. Maar van een echte "kou inval" zoals hoort bij een SSW tijdens de wintermaanden is er voorlopig nog geen sprake van.