Afgelopen dagen is het eindelijk weer wat kouder en trekken er wat winterse buien over het land. En dat na een vrij lange perioden van herfstachtig. Maar wat betekent "winterse neerslag" nou eigenlijk en hoe ontstaat het?!
Vaak hebben de meteorologen het over winterse buien. Bij winterse buien kan een mix van neerslag naar beneden komen: regen, natte sneeuw, sneeuw, korrelhagel en zelfs korrelsneeuw. Deze buien zijn gekoppeld aan de noordwestelijke wind.
Foto: Elly Bos-Wildeboer (Zuidhorn, 17 januari 2023)
Polaire buien
Met een noordwestelijke wind wordt maritiem polaire lucht aangevoerd. De oorsprong van deze lucht ligt tussen de 40 en 60 graden Noorderbreedte en komt niet (zoals je zou denken op basis van de naam) uit de poolstreek. Deze koude lucht (op 5 km hoogte is het wel -30!) stroomt over het relatieve warme zeewater, de Noordzee.
Door het relatief warme zeewater, wordt de lucht vlak boven de zee ook verwarmd. Deze warme lucht zorgt voor de nodige bewegingen in de atmosfeer voor buien om te ontstaan. (Meer over het ontstaan van deze buien lees je hier.)
Ten noordwesten van Nederland ligt een lagedrukgebied met de bijbehorende storing die de komende uren gaat zorgen voor winterse buien en veel wind.
Soms gaan deze buien gepaard met een heel bijzonder lagedrukgebied, namelijk een Polar Low. Dit is een laag dat vanuit het poolgebied onze kant op stroomt. Soms gaat zo'n lagedrukgebied zelfs gepaard met een "oog", zoals bij een orkaan, tyfoon of tropische cycloon. Dat komt voor als de buien gaan clusteren rond het midden van het lagedrukgebied. (Lees hier meer over een Polar Low.) Op een satellietbeeld ziet zo'n Polar Low uit als een mini-orkaan.
Het satellietbeeld van vandaag 13:45. Ten noordwesten van Nederland is een lagedrukgebied te zien dat lijkt op een Polar Low.
Het lagedrukgebied dat vanmiddag en vanavond over het land trekt, lijkt op een Polar Low. Hierboven is het satellietbeeld ervan te zien. De koude lucht van een Polar Low zorgt ervoor dat de winterse buien verder dan normaal kunnen groeien.
IJskristallen en wolkendruppels
In de wolken bevinden zich ijskristallen en onderkoelde waterdruppels (de druppel is kouder dan 0 graden, maar bevriest niet). In de toppen van de wolken, waar het kouder is dan -20 graden, zitten vooral ijskristallen. Daarom zijn de toppen vaak zo helwit. In de onderkant van de wolk zit een mengsel van ijskristallen en waterdruppels. De ijskristallen trekken het vocht aan van de waterdruppels en worden zo steeds groter. Als ze samenklonteren met andere ijskristallen, vormt het een sneeuwvlok die uiteindelijk uit de wolk valt. (Meer over de verschillende vormen van sneeuwvlokjes, lees je hier.)
Winterse neerslag
Wat voor soort neerslag er op de grond valt, hangt vooral af van de temperatuur van de lucht onder de wolk. Als de gehele luchtlaag onder het vriespunt ligt, valt er sneeuw. Als de lucht boven nul is, valt er regen. Maar daartussenin zit een overgangsgebied. Als er een kleine laag warme lucht net boven het aardoppervlakte aanwezig is, smelt de sneeuw. Er valt natte sneeuw. Soms zit er hoger in de atmosfeer een warme luchtlaag. De sneeuw gaat over in regen. Als het daarna weer door een koude laag valt, bevriest de regendruppel en ontstaat ijsregen. Als de koude laag te dun is dan kan de druppel wel heel koud worden, maar bevriest net niet. Pas als het op de grond valt, bevriest het. Dit noemen we ijzel. Laatstgenoemde kan natuurlijk heel gevaarlijk zijn, want het kan spekglad worden!
Hoe zit het dan met hagel en korrelhagel?!
Het vormen van hagel gebeurt in de wolk zelf. Onderkoelde waterdruppels in de onderkant van de wolk, kunnen door stijgende bewegingen in de wolkentoppen terechtkomen. Deze druppels zetten zich als rijp af tegen de ijskristallen. Hierdoor ontstaan sneeuwkorrels. Als er weinig stijgende en dalende luchtbewegingen in de wolk aanwezig zijn, kan zo’n korreltje al snel uit de wolk vallen. Als zo’n korreltje tijdens de val in de onderste laag weer tegen een waterdruppel aanbotst, komt om het sneeuwkorreltje een doorzichtig laagje ijs. Als dit naar beneden valt, noemen we het korrelhagel. Korrelsneeuw is ondoorzichtig, wit en bros. Je kan het makkelijk samendrukken. Korrelhagel heeft dus een klein hard ijslaagje om een wittere kern, maar is in tegenstelling tot ijsregen, niet helemaal doorzichtig. Vaak valt er tijdens winterse buien een mix van korrelhagel en korrelsneeuw.
Foto: Janna-Jacoba v.d. Laag (Ameland, 17 januari 2023)
Winterhagel vs. zomerhagel
In de winter zijn de stijgende en dalende luchtbewegingen in een wolk niet zo heftig. Daardoor valt zo’n hagelkorreltje al snel uit de wolk. Winterhagel is dus klein en relatief zacht en veroorzaakt, behalve wat ongemak, geen schade. Maar in de zomer zijn de stijgende en dalende luchtbewegingen in de buienwolken veel heftiger en sterker. Dan gaat zo’n korreltje meerdere keren op en neer in de wolk. Elke keer “groeit” weer een nieuw laagje aan en ontstaan er grotere en harde hagelstenen, soms zo groot als pingpongballen! Die veroorzaken veel schade aan auto’s en gewassen én kunnen soms zelfs dodelijk zijn.
Zomerhagel. Foto: Wouter van Bernebeek (Tegernsee, Duitsland op 27 juni 2022)
Winterse buien op de weerkaarten
Vandaag, morgen en ook op vrijdag krijgen we te maken met winterse buien. Dus kan er van alles en nog wat tussendoor zitten: korrelhagel, sneeuw, natte sneeuw... Vooral vannacht kan in de Limburgse heuvels sneeuw vallen en zelfs ook even blijven liggen. Morgen is weer met name in de kustregio's kans op winterse neerslag. Daarbij kan ook een klap onweer zitten.
Daarnaast gaat het vooral vanmiddag en vanavond hard waaien. Dat komt met name door het lagedrukgebied, oftewel Polar Low. In het Waddengebied is er ook kans op zware windstoten tot 90 km/uur. In de nacht neemt de wind duidelijk in kracht af en blijft het vanaf morgen weer enkele dagen lang rustig.